Uitgekeerd schadevergoedingsbedrag in 2023 fors omhoog
In 2023 is door het CJIB bijna 38,5 miljoen euro uitgekeerd aan voorschotten aan slachtoffers en nabestaanden. Bijna 33,5 miljoen was voor slachtoffers van zeden- en geweldsmisdrijven, bijna 5 miljoen voor slachtoffers van overige strafbare feiten. De eerste categorie krijgt de schadevergoeding bij wijze van voorschot in zijn geheel, de slachtoffers van de overige feiten krijgen maximaal 5000 euro. Het CJIB gaat vervolgens door met het verhalen van de schade op de veroordeelde daders. Slachtoffers hoeven dus niet zelf achter opgelegde schadevergoeding aan te gaan.
In 2022 keerde het CJIB bijna 18 miljoen euro aan voorschotten uit, in 2021 ging het om ruim 25 miljoen euro. Het bedrag in 2023 was met name hoger door de bedragen die zijn toegekend aan de nabestaanden in de strafzaak tegen de daders van de aanslag op de MH17 (in totaal bijna 17 miljoen) .
Het CJIB inde in de jaren 2021 tot en met 2023 in totaal een bedrag van ruim 57 miljoen euro ten behoeve van door de rechter toegewezen schadevergoedingen aan slachtoffers en nabestaanden In zijn algemeenheid geldt dat de kleinere bedragen snel(ler) worden betaald: na 3 jaar is ongeveer 66 procent van alle door de rechter toegewezen schadevergoedingen volledig geïnd bij de daders, na 10 jaar zo’n 80 procent. De door de rechter toegewezen schadevergoedingen verjaren in principe pas vanaf 8 jaar, en in de ernstige zaken helemaal niet. Sinds de invoering van de Wet herziening tenuitvoerlegging strafrechtelijke beslissingen (in 2020) is het niet meer mogelijk in plaats van betalen vervangende hechtenis te ondergaan en blijft het CJIB proberen de schade bij een dader te innen. Eind 2023 waren er nog bijna 31.000 zaken in behandeling.